We have a dream
In een eerder interview met Luc Deneffe kwam de oprichting van de coöperatie LIVEZ (Leuvense Initiatieven Voor Eerlijke Zorg) door de vijf partners uitgebreid aan bod: De Wissel, Oostrem, De Wingerd (Woonzorgnet-Dijleland vzw), Zorg Leuven en Miss Miyagi; verschenen in het zomernummer van Huiskrant Wingerd. De komende jaren zullen zij trachten in Kessel-Lo het project ‘De Boomgaard’ te verwezenlijken met oa. verschillende wooneenheden voor ouderen met dementie, voor personen met een verstandelijke en/of fysieke beperking en voor kwetsbare jongeren en gezinnen. In het herfstnummer van dezelfde krant neemt Mario Vanhaeren, directeur van Oostrem vzw het woord om zijn insteek en de motivatie tot samenwerking in alle mogelijke facetten te belichten.
Het begon allemaal toen in het jaar 1966 de heer Raymond Declercq en zijn echtgenote voor hun zoon, licht verstandelijk beperkt en met een spastische quadriplegie, op zoek gingen naar een opvanghuis voor overdag. Dagopvang zonder meer bestond nog niet. Enkele ouders staken de koppen bij elkaar en samen met Windekind zetten ze hun schouders onder het initiatief van een dagverblijf. Met eigen middelen kochten ze een huis en stelden een kinderverzorgster aan. We schrijven 1967. Van één huis kwamen er twee, later drie en vier. De overheid knikte bij dit alles goedkeurend, maar de nieuwe structuur moest wel op punt gesteld worden met een officiële regelgeving. Het uitschrijven van een wetgeving duurde tot 1974. In 1976, welgeteld tien jaar later, kwamen de eerste subsidies.
Die eerste behuizing in de Schapenstraat was danig primitief en de kamers op de verdieping behielden zelfs aanvankelijk de oorspronkelijke functie van studentenkoten. Keuken en sanitair op het gelijkvloers werden trouwens ook door die inwonende studenten gebruikt. Er was toen al een vorm van inclusie, lang voor het begrip als een doel op zich uitgeschreven zou worden. De officiële erkenning als dagverblijf volgde maar de lamentabele behuizing moest duchtig worden aangepakt.
En zo ging de bal aan het rollen: er werd grond gekocht in de Bijlokstraat in Herent waarop een heus dagcentrum werd gebouwd én een verzorgingsunit, twee afzonderlijke vleugels van één geheel. Het was het antwoord op een nijpende vraag en over de jaren heen breidden we systematisch uit. Er werden verscheidene lokalen voor dagopvang gehuurd in Wijgmaal, een gebouw geopend in Wespelaar en er werden panden gekocht in Wilsele. Van de gemeente Herent kregen we de beschikking over de Benedictushoeve voor sociale doeleinden en ook daar werden dagbestedingsprojecten opgezet. Intussen werd in Herent een geheel van sociale huurappartementen gebouwd voor zowel Oostrem als een ouderinitiatief (het Molenhuis en het Zavelhuis). Binnenkort komt er een huis voor 9 volwassenen op de Tildonksesteenweg te Herent. De bouwwerken starten volgende maand.
Gaandeweg kregen we een klare kijk op wat we juist wilden
1. We zoeken niet één grote campus maar integendeel veel kleine sociale entiteiten voor hooguit enkele tientallen bewoners of bezoekers die in de buurt van hun sociaal- en familienetwerk blijven en niet gedwongen worden tot een breuk met hun bestaande habitat. Organisatorisch maakt dat de zaak niet makkelijker maar ik word graag uitgedaagd en ben er vast van overtuigd dat de komende generatie, die over enkele jaren toe zal zijn aan hulp en ondersteuning in hun oude dag, de voorkeur zal geven aan een kleinschalige woonformule.
2. Inclusief samenleven met de buurt en de buren staat voor mij ook heel hoog in het vaandel en dat wordt door het karakter van kleinschaligheid juist makkelijker gemaakt. In de woningen, waar de groep bewoners niet noodzakelijk een homogeen geheel vormt maar integendeel nogal wat diversiteit vertoont, loopt die inclusie niet altijd vanzelf. Hier in de Oostremstraat bv. gaat het enerzijds over MS patiënten en anderzijds over mensen met een niet aangeboren hersenletsel (NAH). Dat zijn twee totaal verschillende beperkingen die het vermogen tot deelneming aan bepaalde activiteiten mede bepalen. Wat de ene kan is voor de andere een onmogelijkheid en vice versa. Er kan daarbij veel mededogen voorkomen maar soms ook onbegrip. Bepaalde gedragskenmerken van de enen kunnen de anderen uit hun evenwicht brengen. Denken we aan het onverbloemd zijn mening uiten door mensen met een niet aangeboren hersenletsel. Dat zorgt wel eens voor conflicten. Die proberen we te vermijden door aangepaste regels te laten gelden, voor die bepaalde situatie bedacht. Het is elke keer zoeken om het samenleven op zo’n manier te regelen dat het in harmonie kan verlopen.
3. Van bij de aanvang huldigen we het principe dat voor de mensen uit onze doelgroep het leven zo normaal mogelijk moet zijn en dat er een duidelijk onderscheid moet gemaakt worden tussen het wonen en werken. Dat houdt in dat de bewoners zich moeten verplaatsen van hun “residentie” naar het “dagverblijf” en dat de zorgbegeleiding in beide omgevingen uit verschillende teams bestaat. Concreet betekent dit dat een resident van de Bijlokstraat de dag kan doorbrengen in Wijgmaal. Op die manier komt hij ‘s avonds thuis en heeft hij voor zijn huisgenoten een verhaal over de voorbije dag. Ook het ontspannen gebeurt op specifieke locaties en onze mensen “gaan” werkelijk op vakantie, net zoals de meesten onder ons.
4. Elke persoon heeft recht op kansen om zijn potentiële bekwaamheden te ontdekken, te gebruiken en zo mogelijk te vergroten. Dat leidt tot een onophoudelijke zoektocht naar altijd nieuwe activiteiten en tijdsbestedingen. Ook de cliënten zelf mogen meedenken en daarbij wordt elk voorstel serieus genomen en in de mate van het mogelijke verwezenlijkt. Wij stellen onze eisen hoog om de personen die we opvangen zo veel mogelijk tot hun recht te laten komen. Wij zien de bewoners dus eigenlijk als onze opdrachtgevers en hun wensen als te volbrengen taken. Het motto is: eerst fantaseren, dan realiseren en al doende de opduikende obstakels elimineren.
Het project van De Boomgaard in Kessel-Lo lijkt ons vanuit deze grondbeginselen wel op het lijf geschreven. Het is om te beginnen niet beperkt tot een aantal huizen waarin mensen met verschillende problematieken zullen geholpen worden een leven te leiden waarin ze in de mate van het mogelijke hun capaciteiten kunnen ontplooien. Maar het wordt ook ingebed in een gemeenschap die nu reeds volop mee in het bad wordt genomen. Op gezamenlijke bijeenkomsten hebben we de door ons gehuldigde principes uitgelegd en er werd aan de toekomstige buren gevraagd mee te denken over o.a. een tijdelijke/voorlopige invulling van de site en van het vroegere schoolgebouw. We willen eerlijk zijn in de participatie en luisteren echt, nemen hun opmerkingen en hun voorstellen in overweging en houden er bij het uitwerken van de plannen terdege rekening mee. Willen we dat onze zeer heterogene groep van kwetsbare personen binnen afzienbare tijd welgekomen is, dan moeten wij op onze beurt ervoor instaan dat ook de zwakke punten van de mensen uit de omgeving aangekaart én aangepakt kunnen worden. De Boomgaard zou dan een invalshoek kunnen zijn waarvan men weet dat er met deskundigheid op vermelde problemen zal ingegaan worden en dat er daadwerkelijk hulplijnen zullen aangereikt worden. Hoe hechter de band, hoe laagdrempeliger het wordt om hulp te vragen. Op die manier scheppen we een hoge hospisscore; dit is een door ons gecreëerde term die aangeeft in welke mate een gemeenschap in staat is opduikende kwetsbaarheden te detecteren, te benoemen en te verhelpen. Daarin spelen materiële gegevens een rol, zoals een aangepaste woning, maar ook immateriële componenten zoals efficiënte zorgdiensten of makkelijk te bereiken professionele hulp.
Het slagen van het project wordt natuurlijk ook medebepaald door de mensen en de organisaties die het zullen verwezenlijken. Het moet gezegd dat de vijf partners die hier de handen in mekaar sloegen én hun respectievelijke raden van bestuur van bij de aanvang een staaltje van uitzonderlijke samenwerking gegeven hebben. Tussen mei en november 2021 werden bergen verzet door lange en vruchtbare discussies te voeren om tot een gemeenschappelijke visie te komen en een voorlopige erfpachtovereenkomst met de stad Leuven te sluiten.
En we hebben wel wat sterke punten. Zelf ben ik langs Oostrem vertrouwd met het inschakelen van de brede buurt in alle activiteiten. Het Oostremnieuws wordt zowel op papier als digitaal zeer breed verspreid. We proberen al van in het begin de buurt mee te betrekken bij alles wat we doen. De Wingerd is gewoon om met kleine woonprojecten te werken. De Wissel ondersteunt vooral jongeren en heeft daarin een gedegen expertise opgebouwd. Zorg Leuven is in de eerste plaats een grote aanwinst omwille van de thuiszorg die ze volledig in de vingers hebben. Willen we inderdaad mensen later thuis houden in plaats van hen af te zonderen in grote campussen zoals nu nog vaak gebeurt, dan moet thuiszorg op grote schaal kunnen ingeschakeld worden. En een vastgoedontwikkelaar en begeleider van sociale bouwprojecten als Miss Miyagi zien wij als partner ook beslist wel zitten. We gaan ervoor!!
Aangestoken door spraakwaterval Mario Vanhaeren en zijn enthousiasme kijk ik alvast uit naar De Boomgaard, die hopelijk door bekwame en gedreven vaklui van een ruwe steen zal geslepen worden tot een schitterende diamant.
Mieke Soens, september 2022