De Boomgaard
De Wingerd en Woonzorgnet-Dijleland zetten mee de krijtlijnen uit voor ‘De Boomgaard’ en staan mee aan de wieg van LIVEZ cvso: coöperatief, maatschappelijk verantwoord, duurzaam ondernemen en zorg op maat verstrekken in Leuven. Alle projectpartners bruisen van enthousiasme en vertalen dat in een pak energie. Mieke Soens sprak voor het zomernummer van de huiskrant met Luc Deneffe, bezieler en directeur van De Wissel, één van de deelnemende organisaties.
Stad Leuven en Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Leuven (AGSL) zochten kandidaten voor de realisatie van een woonproject op een voormalige schoolsite aan de Wilselsesteenweg. Oostrem kaartte dit aan. De Wingerd en De Wissel sprongen op de kar. Zorg Leuven was geïnteresseerd om mee te doen en dan was er nog een vijfde partij, Miss Miyagi. Ze kwamen samen en het klikte onmiddellijk.
De partners verenigd in LIVEZ komen uit heel diverse sectoren: Miss Miyagi coördineert vastgoedprojecten met maatschappelijke meerwaarde, De Wissel focust op jongeren en jonge gezinnen, Oostrem werkt voor mensen met een beperking, De Wingerd zorgt voor mensen met dementie en Zorg Leuven patroneert de thuiszorg, de residentiële ouderenzorg en de buurtzorg. Maar iedereen stelt wel hetzelfde vast: ondanks alle goede wil en uitmuntende medewerkers botst de hulpverlening regelmatig op haar grenzen. De wereld en de maatschappij veranderen, de mensen evolueren mee en er is meer dan ooit nood aan nieuwe werkvormen.
Luc Deneffe: “Ik vraag me soms af waarom er zo veel evidenties van vroeger verloren gegaan zijn. En deze bedenking is meer dan een nostalgische bui; we moeten erkennen dat we dingen kwijtraakten en als we die terug willen moeten we durven zeggen: VOORUIT NAAR VROEGER. Let op: we hebben ook heel veel bijgekregen, ik ben geen cultuurpessimist en ik waardeer zeker de nieuwe technologieën maar ik wil dat vroegere zo natuurlijke sociale leven terug, dat we in onze drang voor specialisatie veronachtzaamd hebben.”
De Wissel begon als een groep van vrijwilligers die een tiental bedden uit het Leuvense, die dreigden geschrapt te worden, toch in Leuven wilden houden. Letterlijk staat in de notulen: ‘bedden voor moeilijke meisjes’. Definitieve opvang en huisvesting werd de rode draad voor onze werking rond jongeren en jonge gezinnen die vastlopen. Jongeren met problemen raken maar al te vaak de weg kwijt in de veelheid aan opvangadressen; ze worden eindeloos doorverwezen van hot naar her, met de beste bedoelingen uiteraard. Maar voor hen betekent elke doorsturing – want zo zien zij het: ‘Hiervoor ben ik weer niet goed genoeg’. Door die lijdensweg van instelling naar instelling gaan ze de hulpverleners wantrouwen en verliezen alle hoop. De verbintenis die De Wissel aangaat is helder: dit is de laatste plek tot ze terug naar huis kunnen of tot ze volwassen zijn en zelfstandig kunnen gaan wonen. Soms lukt het ons niet die missie waar te maken. Maar elk nieuw probleem en elke faling van onzentwege leiden voor het ganse team tot intense zoekacties naar redmiddelen, om bij een volgende gelijkaardige vraag wél klaar te staan met een gedegen antwoord, dat we dan ook openstellen voor andere collega’s in het werkveld.
Luc Deneffe: “De verschillende vestigingen van De Wissel zijn ontstaan uit noodzaak omdat we jongeren en gezinnen willen vasthouden, nooit meer doorsturen. Wij zijn hulpverleners, maar ook de jongeren zelf helpen elkaar en hun omgeving: het is wederkerig. Zo hebben de Annuntiaten in Heverlee enkele kamers van het woonzorgcentrum ter beschikking gesteld aan de Bijzondere Jeugdzorg en die worden nu bewoond door jonge mensen die, na jaren in een leefgroep vertoefd te hebben, de stap zetten naar zelfstandig wonen. Maar bij de overgang naar zelfstandigheid ligt eenzaamheid heel vaak op de loer. Ze leven daar in de onmiddellijke buurt van ouderen en komen vanzelf met hen in contact. Er wordt al eens een praatje geslagen, één en ander verteld. En wat zien we: onze meisjes waarderen die informele grootouders wel om hun niet beschuldigende kijk op hun aanwezigheid daar en maken op hun beurt al eens een tochtje met één van hen in de rolstoel. Het is een automatisme dat voor beide partijen beter werkt dan een gegeven opdracht.”
Op zoek naar nieuwe werkvormen
Het is een constant zoeken naar gepaste woongelegenheden op zeer diverse plekken. De Boomgaard kan er ook een zijn. Ideaal is het als er een wisselwerking is tussen de nieuwe bewoners en de buurt. Dat gaat over concrete dingen. Die klik is er niet onmiddellijk en je kan het niet forceren. Maar als organisatie kan je het wel faciliteren, meebouwen aan een wijk en een buurt. Het is een werk op lange termijn, vertrouwdheid groeit net als de interesse in de ander.
Luc Deneffe: “Ik geloof heel erg in het goede van de mens, velen willen zich inzetten voor de ander. Maar onze maatschappij maakt dat niet altijd gemakkelijk. De manier waarop we onze hulpverlening in het verleden georganiseerd hebben, draagt daar evenmin toe bij. Jongeren met problemen zonderen we af, halen hen uit de maatschappij en brengen ze onder in een speciale afdeling. Om bijzondere jeugdzorg te realiseren, maar dat was zorg die isoleert en inherent de boodschap meegeeft: ge zijt niet goed zoals ge zijt…”
Nog een dilemma: er zijn zo vele specialisten die staan te popelen om bijstand te verlenen, dat de spontane helper door handelingsverlegenheid afgeremd wordt en zijn eigen kunnen onderschat. Faalangst verlamt. Hulpverleners moeten kunnen blijven ondernemen, risico’s nemen en ja, soms falen. De Boomgaard zal hopelijk ruimte geven voor hulp door buren, familie en medebewoners. De eerste reacties zijn positief en de buurt zal mee sturing geven op basis van wat de buurt nodig heeft.
Luc Deneffe: “Financieel brengen de vijf partners van LIVEZ bij de opstart evenveel geld in de ondernemende coöperatie. Het is onze droom dat over 10 tot 15 jaar, als het bouwen verwezenlijkt is en de gemeenschap gevormd, de buurt de plek kan overkopen en de regie gaat voeren over het hele initiatief. Zelf kunnen we dan aanwezig blijven met onze respectievelijke expertises. We beginnen met een buurtraad want we zoeken verbindingsmensen vooraleer het zorgverhaal te schrijven. Uit die verbindingen kunnen er spontane acties groeien.”
Laat duidelijk zijn: dit project geeft zin, dat wil zeggen zowel betekenis als goesting. Het vraagt veel tijd, maar geeft ons ook een pak energie.
—
De volledige bijdrage kan je lezen in het zomernummer van Huiskrant Wingerd.