Wie zal dat betalen?

Gemeenten doven de lichten, scholen zetten de thermostaat meer dan één graadje lager en dat doen ook vele gezinnen en bedrijven. Om meer dan één reden zijn al die besparingsopties er voor de zorgsector niet. De eerste en belangrijkste reden is dat de bewonerspopulatie grotendeels bestaat uit kwetsbare mensen die in het geval van De Wingerd naast hun geheugenproblemen bovendien ook vaak nog onderliggende gezondheidsklachten kennen. De overheid vereist trouwens ook dat de temperatuur in de ruimtes waar bewoners verblijven ten minste 22 graden bedraagt en dat die lokalen vanuit preventieoogpunt voldoende geventileerd worden. Met de huidige energietarieven swingen de energiefacturen, die voor woonzorgcentra sowieso al hoog waren, nu compleet de pan uit. We spraken hierover met Bernadette Van den Heuvel, directeur woonzorg bij Zorgnet-ICURO.

Guido Joris, september 2022

Twee crisissen op rij leggen alle knelpunten in de zorg bloot

Vanuit haar coördinerende functie bij de koepel voor de Vlaamse non-profit zorgorganisaties heeft Bernadette Van den Heuvel zicht op de moeilijkheden waarmee de woonzorgcentra vandaag geconfronteerd worden. Natuurlijk zijn de stijgende energiekosten en algemene levensduurte een reden tot bezorgdheid, maar haar grootste bekommernis blijft de personeelsschaarste.

We hebben de voorbije jaren wel vaker van Zorgnet-ICURO gehoord, maar wat is jouw taak binnen die groep?

Wij vertegenwoordigen een aanzienlijke groep voorzieningen in Vlaanderen, algemene ziekenhuizen, initiatieven uit de geestelijke gezondheidszorg en de ouderenzorg. Dat zijn meer dan 775 erkende zorgorganisaties met meer dan 130.000 personeelsleden. Als ‘directeur woonzorg’ vertolk ik binnen die grote groep de stem van een 230-tal woonzorgcentra. In het totaal zijn er in Vlaanderen meer dan 800 voorzieningen verdeeld over onze ‘not-for-profit’, de openbare en de commerciële sector.
Is Zorgnet-ICURO daarmee een grote en invloedrijke speler in het landschap van de woonzorg?

Ja zeker. We worden net als VLOZO, de sectorfederatie van onafhankelijke private woonzorgcentra en private zorgondernemers, gehoord in het publieke en politieke debat. Maar het gaat hier natuurlijk nog altijd om de non-profit sector, zelfs al zijn er drie of vier commerciële instellingen bij ons aangesloten. Die laatste beantwoorden uiteraard wel aan de criteria die wij belangrijk vinden en aan de kwaliteitsnormen die wij als koepel voorop stellen: winstgedrevenheid mag nooit primeren.

Uit allerlei berichten blijkt dat de opeenvolgende crisissen, eerst de pandemie en nu de energiecrisis, in de woonzorgsector voor problemen zorgen. Waar zitten de knelpunten?

Het knelpunt dat met stip op één staat is de schaarste aan personeel. Vanaf 1 juli 2021 heeft Vlaanderen 100 miljoen euro bijkomend geïnvesteerd om extra personeel aan te werven. Dat was echt wel nodig, maar het probleem is dat er juist op dat moment een ‘knik’ kwam in de beschikbaarheid van dat personeel. Die ‘knik’ in de personeelscurve wordt veroorzaakt door een corona-uitstroom en een groot aantal personeelsleden die met pensioen gaan. Bovendien worden er hoge kwalificatie-eisen gesteld aan werknemers in de zorg, waardoor ze gewoonweg niet beschikbaar zijn op de arbeidsmarkt. Bijzonder spijtig. Juist nu we de middelen hebben, zijn er geen nieuwe arbeidskrachten voorhanden. Dat zorgt samen met de uitstroom en de generatie pensioengerechtigde collega’s voor schaarste alom. Een probleem dat trouwens de ganse sector parten speelt.

Is het vergelijkbaar met de problemen in het onderwijs waar een ganse generatie leerkrachten einde loopbaan is en waar pas startend onderwijspersoneel het uitgeblust voor bekeken houdt na enkele jaren voor de klas te hebben gestaan?

Dat speelt zeker een rol, na COVID-19 hebben we gezien dat heel wat mensen ermee ophielden. Daarnaast hebben we nog met een bijzonder fenomeen te maken, dat alles te maken heeft met interimkantoren die actief zorgpersoneel oproepen om ontslag te nemen bij hun werkgever om vervolgens via hen in dezelfde soort jobs te gaan werken. Dat betekent in de praktijk dat ze wel in een woonzorgcentrum gaan werken, maar tegen een hogere verloning en met werkuren die ze zelf kunnen kiezen. Ze worden vaak ook gelokt met extra’s zoals een wagen of een pensioenfonds etc. Op die manier organiseert een bepaalde groep van interimkantoren de totale commercialisering van het zorgpersoneel.

En wat is jullie verweer? Of laten jullie noodgedwongen betijen?

We zijn voortdurend in onderhandeling met de interimsector en kaarten die problematiek aan bij de regulerende overheid. Het gedrag van een aantal kantoren, die van deze penibele situatie profiteren en uitzonderlijke winsten najagen op kap van de zorgaanbieders en dus van de bewoners, is bijzonder onethisch. We zijn dus wel on speaking terms met hun koepelorganisatie, maar eenvoudig is het niet. Want volgens de Europese regelgeving is dit soort commerciële praktijken perfect toegestaan. In Nederland kampt de zorgsector trouwens ook met diezelfde laakbare praktijk.

En wat met het andere knelpunt, de dure stroom- en gasrekeningen…

De energieschaarste baart ons uiteraard ook zorgen, de financiële leefbaarheid van de woonzorgcentra staat hierdoor extra onder druk. Al speelt dat natuurlijk niet alleen bij ons. Langs de andere kant zien we dit ook als een uitdaging. Het noopt iedereen tot creativiteit om uit te dokteren hoe we toch energie kunnen besparen. Investeringen die we vaak uitstelden, zoals het plaatsen van zonnepanelen en andere technologische systemen, komen hierdoor in een stroomversnelling terecht. Elke crisis biedt opportuniteiten, de energiecrisis leert ons om bewuster en op een duurzamere manier met grondstoffen om te gaan: niet alleen stroom, gas of stookolie, maar ook om zorgzamer met waterverbruik en afvalverwerking om te springen.

Verwacht u dat woonzorgcentra door de hoge rekeningen in de problemen raken waardoor hun normale werking in het gedrang komt?

Dat kan natuurlijk, maar dan kijken we naar de overheid die net zoals tijdens de pandemie onze sector te hulp zal moeten snellen. Ook toen was het voor sommige instellingen enkel dankzij de overheidscompensaties dat zij tijdens de covidperiode niet over kop gingen (n.v.d.r. Woonzorgnet-Dijleland is steeds een financieel gezonde organisatie gebleken en kwam tot tijdens de coronacrisis niet in financiële problemen). Dat ‘gered worden’ met renteloze leningen en overheidssubsidies was trouwens ook het geval voor een groot aantal bedrijven. Maar we moeten natuurlijk onze eigen verantwoordelijkheid onder ogen durven zien. Het kan niet zijn dat de overheden ons extra middelen aanreiken en dat wij als zorgsector aan de zijlijn blijven staan en gewoon toekijken. Voor mij is dit duidelijk een kwestie van gedeelde verantwoordelijkheden.

Moeten de energieleveranciers hun maatschappelijke verantwoordelijkheid niet opnemen? Zijn daar al gesprekken opgestart?

Initiatieven in die richting zijn mij niet bekend, maar ik weet wel dat de Vlaamse en federale overheid erop inzetten met nieuwe wetgeving om overwinsten bij de energieproducenten en -leveranciers af te romen. De vrijgekomen fondsen wenden ze dan aan om gezinnen, bedrijven en instellingen te ondersteunen die in zwaar weer terecht komen. Ingrepen van de overheid op de energiemarkt zijn, om voor de hand liggende redenen efficiënter, dan dat wij of andere sectorfederaties dat soort gesprekken zelf zouden voeren met de energiebedrijven.

Contact & Info:

Bernadette Van den Heuvel
Directeur woonzorg bij Zorgnet-ICURO
Guimardstraat 1, 1040 Brussel
www.zorgneticuro.be

interview verschenen in het herfstnummer van huiskrant Wingerd